Je loopt hand in hand over straat met je vriend of vriendin en je krijgt een discriminerende opmerking naar je hoofd geslingerd. Iemand roept dat mensen zoals jij uitgebannen moeten worden. Als de burgemeester, wethouders of coalitiepartijen van Krimpen aan den IJssel voorbijlopen, dan zullen zij hier niets van zeggen. Immers, zo is de gedachte: “Wij moeten staan voor alle inwoners.” Discrimineren is onderdeel van de dialoog die zij graag zien in hun gemeente.
LHBT en het geloof vormen niet altijd een gelukkige combinatie. Positieve uitzondering daarop vormen ongetwijfeld de Remonstranten. De meest vrijzinnige kerk van Nederland nam in de afgelopen jaren actief deel aan de Rotterdam Pride, en was regelmatig in de media met o.a. de kreet Mijn God trouwt ook homo’s. In de komende tijd publiceren we op GayRotterdam verhalen van LHBT-ers vanuit de Remonstrante Kerk in Rotterdam of van remonstranten die er nauw bij betrokken zijn. Zij vertellen hún verhaal en spreken over de relatie van deze kerk met homoseksualiteit. Jan van Vliet (69) uit Rotterdam bijt het spits af.
“Ik ben geboren vlak na de oorlog – de tijd waarin Nederland werd opgebouwd – en opgevoed in een beschermde omgeving van een gereformeerd gezin. Ik ben de middelste van 8 kinderen. De gereformeerde jongens en meisjes van het dorp kenden elkaar want we gingen naar dezelfde kleuterschool, basisschool en zondagsschool. In die tijd - begin jaren 50 - bepaalde de buitenwereld min of meer welk jongetje bij welk meisje hoorde. Dat werd niet hardop gezegd, maar het was doorgaans wél een gegeven. Had je als jongen een meisje dan hoorde je erbij. En erbij horen was op die leeftijd belangrijk. Over gevoelens werd niet gesproken, je was er dan ook niet mee bezig. Je voelde van alles, maar dacht er gewoon niet bewust over na.”
“Je voelde van alles, maar dacht er gewoon niet bewust over na. Je had er geen idee over.”
“Ook over seksualiteit werd niet gesproken. Niet omdat je dat niet durfde, het was gewoon geen onderwerp. Net als homoseksualiteit, je had er geen idee over. En in het kerkelijk milieu werd er al helemaal niet over gesproken. Seks voor het huwelijk was niet toegestaan, punt. Er werd van je verwacht dat je de kerkelijke regel volgde.
Ook ik had al op zeer jonge leeftijd een vaste vriendin: Janny. We kenden elkaar al letterlijk vanaf de geboorte. Onze ouders waren goed bevriend en – echt gebeurd – op het consultatiebureau lagen we naast elkaar; Janny en ik schelen maar 3 weken. Op 18-jarige leeftijd zijn wij verloofd en op 21-jarige leeftijd getrouwd.”
Jan van Vliet voor de Arminiuskerk in Rotterdam, waar de Remonstranten hun diensten verzorgen.
“Na verloop van tijd brak een gedenkwaardige periode aan, waarin mijn onderbewuste gevoelens meer en meer naar boven kwamen. Ik raakte in gesprek met de postbode die een paar deuren verder op onze galerijflat woonde. Hij begon werk van mij te maken en ik vond het spannend en fijn. Van een relatie was beslist geen sprake, ik was immers getrouwd en had een gezin. Maar het voelde wél goed. Pas tóen kwam het besef: Ik houd van mannen. Achteraf heb ik me gerealiseerd dat mijn leven in het ouderlijk huis en de verzorging van mijn schoonzusjes (nadat mijn schoonouders kort na elkaar waren overleden), situaties waren waarachter ik mijn echte gevoelens heb kunnen verbergen, heb weggeduwd en onbelangrijk heb gemaakt."
Uit de kast
"Door mijn toenmalige werk verhuisden wij naar Brabant. Daar is onze zoon geboren. Een zorgenkindje met een open gehemelte en praktisch zonder gehoor. Wéér een goede reden om mijn echte gevoelens te verstoppen. Maar nog steeds was ik behoorlijk in de war. Na veel aarzeling en in overleg met mijn vrouw Janny zocht ik hulp. Dat was zeker niet gemakkelijk, totdat de therapeut in een van onze gesprekken zei: “Jij bent jezelf meer dan waard! Ga naar huis en vertel de waarheid over je gevoelens aan je gezin, familie en vrienden. En dan aan de mensen waarmee je dagelijks te maken hebt."
Dat heb ik gedaan. Sommigen wisten het al of hadden een vermoeden, anderen waren verrast, weer anderen draaiden mij de rug toe. Bij mijn gezin en moeder (mijn vader was inmiddels overleden) was er vooral – zichtbaar en onzichtbaar – verdriet. Toch heb ik van hen ook veel steun ervaren."
Zijn wie ik ben
"Steun kreeg ik – ook van de mensen uit mijn omgeving – én kracht uit de bron van mijn. In de Remonstrantse Gemeente in Rotterdam voelde ik mij snel thuis en ik kon er over mijn homo-zijn praten. Ook het luisteren naar klassieke muziek, met name orgelmuziek stemde mij gelukkig.”
Toccata in f - J. Grison - Gert van Hoef in de St. Laurenskerk Rotterdam (april 2017). Een stuk dat Jan nog altijd erg gelukkig stemt.
"Nú kan ik zeggen dat ik een sterker mens ben geworden, ik sta steviger in het leven. Het heeft vele omzwervingen geduurd voor ik mezelf vrijmoedig kon aankijken en tegen mezelf kon zeggen “je bent jezelf meer dan waard!” Toen nam ik me voor eerlijk te zijn over mijn homo-zijn. En tegen iedereen zou ik willen zeggen, ook tegen jou die dit leest: Je bent jezelf meer dan waard. Word en blijf jezelf! Je kunt meer aan dan je denkt!”
“Word en blijf jezelf! Je kunt meer aan dan je denkt!”
Geaccepteerd
"Ik kreeg de kans bedrijfsleider van het Oude Luxor theater te worden en vroeg de directeur of ik me aan al mijn collega’s tegelijk mocht voorstellen. Dat had ik bedacht in het kader van eerlijk zijn over wie ik ben. Zo ging het: “Ik ben Jan van Vliet, een gescheiden man, homoseksueel, heb een ex-vrouw en 2 kinderen. Wie daar vragen over heeft kan dat nu doen, daarna niet meer."
Vanaf dat moment heb ik me altijd geaccepteerd gevoeld. Ook in Frankrijk waar ik na mijn Luxor-periode een pension begon om te leven als God in Frankrijk. En nog steeds. Na ruim 12 jaar terug in Nederland, in de wijk waar ik woon met z’n vele culturen en verschillende denkwijzen.
En de bron van mijn geloof? Die is gebleven. Nu al jaren in de Arminiuskerk, als vrijzinnige vriend van de Remonstranten Rotterdam."
Het was voor veel bezoekers aan de Rotterdamse Pride in september 2015 (zie foto boven) even wennen. Op de informatiemarkt op het Schouwburgplein was een Rotterdamse kerk aanwezig. En in hun kraam waren grote posters zichtbaar met de uitspraak ’Mijn God trouwt ook homo’s’. Vreemd. Want kerken zijn toch tegen homo’s, veroordelen homoseksualiteit of hebben er op z’n minst grote moeite mee?
Op 27 september is er weer een Pride Viering in de Arminiuskerk. In de viering wordt stilgestaan bij het thema van Rotterdam Pride: Dare to... Na afloop is er een borrel op het vernieuwde plein voor de kerk.
De initiatiefgroep Roze Vieringen Rotterdam organiseert vier keer per jaar een oecemenische viering in de Paradijskerk in Rotterdam. Een netwerk aan voorgangers leidt om beurten de vieringen, die belangstellenden trekt vanuit uiteenlopende kerkelijke achtergronden. Een aantal bezoekers van de vieringen zijn actief binnen hun kerk, maar er komen ook mensen die al jaren geen kerk meer van binnen hebben gezien. Het doel van de initiatiefgroep Roze Vieringen is om ook in Rotterdam LHBT-ers een kerkelijk ‘thuis’ te bieden en eens in de drie maanden een steun in de rug te bieden om vrijmoedig hun geloof te belijden.
“Meneer Houtzager, welkom, komt u verder.” Dat waren de eerste woorden van de heer Gerard Spong toen ik zijn advocatenkantoor aan Keizersgracht in Amsterdam binnenstapte. Het is inmiddels alweer bijna vijf maanden geleden dat Tim Hofman in het programma BOOS aandacht besteedde aan mijn zaak en vijftien maanden geleden dat ik voor het eerst mijn verhaal mocht doen hier bij GayRotterdam, waarmee alles begon. Een zaak die het Openbaar Ministerie maar niet wil oppakken, want zo zeggen zij: “Artikel 6 is een sterk grondrecht.” Mijn antwoord: “Behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.”
Mijn zaak is er één van velen. Van de ongeveer 1.500 meldingen van LHBTI+-discriminatie die jaarlijks binnenkomen, worden gemiddeld 16 door het OM opgepakt, waarvan gemiddeld 7 leiden tot een veroordeling. Vaak is dit een kleine geldboete of een lichte taakstraf. Vandaag wil ik jullie meenemen in de juridische strijd waarin ik inmiddels bijna anderhalf jaar verwikkeld ben. Ik wil laten zien hoever je moet gaan voor erkenning voor iets wat eigenlijk een inkoppertje zou moeten zijn voor het OM. Zelfs zover dat ik Nederlands beste advocaat hiervoor in de arm moet nemen.
Behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet
Ik stapte de kamer van de heer Spong binnen en zijn bureau lag vol met boeken, mappen en papieren. Zo vol dat ik het flesje water dat ik zojuist had gekregen van een mevrouw er niet op kwijt kon. Ik zette het maar op de grond.
Tegen de beslissing van het Openbaar Ministerie heb ik een bezwaar ingediend (artikel 12 Sv) en met succes. Ik moest er weliswaar zeven maanden op wachten en er een herinneringsbrief aan wijden, maar het gerechtshof in Den Haag heeft mij op woensdag 28 juli uitgenodigd voor een zitting. Het is om die reden dat ik de eer had om bij het kantoor van Gerard Spong aan de keizersgracht in Amsterdam binnen te lopen.
De heer Spong, goed voorbereid als altijd, had mijn bezwaar gelezen en zei: “Zo te lezen heeft u een juridische achtergrond, want uw bezwaar is stevig onderbouwd en goed geformuleerd.” Ik moest eerlijk bekennen dat ik werkelijk geen enkele ervaring hiermee had. Ik heb zelfs nog nooit een rechtbank van binnen gezien. Zelfs niet voor een verkeersboete. Ik ben maar een jongen uit Krimpen aan den IJssel die aangifte heeft gedaan.
"Als ik een moord pleeg, dan kan ik mij ook niet beroepen op artikel 6 van de grondwet en zeggen dat ik dit doe vanuit mijn geloofsovertuiging. Waarom kan dit bij groepsbelediging en aanzetten tot discriminatie dan wel?"
Voor mij is het niet meer dan logica. Als ik een moord pleeg, dan kan ik mij ook niet beroepen op artikel 6 van de grondwet en zeggen dat ik dit doe vanuit mijn geloofsovertuiging. Waarom kan dit bij groepsbelediging en aanzetten tot discriminatie dan wel? Als het OM mij vertelt dat artikel 6 een sterk grondrecht is, is artikel 1 dat dan niet? En hoe verhouden zij zich tot elkaar? En waarom krijgen gelovigen een privilege ten opzichte van niet-gelovigen? Is dit in beginsel al niet discriminerend op zichzelf en wat is de juridische rechtvaardiging daarvan? We zijn toch allemaal gelijk?
Dit is wat de zin ‘behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet’ in artikel 6 (vrijheid van godsdienst) volgens mij betekent. Ook dominees mogen de (straf)wet niet overtreden. Maar dit gebeurt wel en ze komen er nog mee weg ook. Groepsbelediging (artikel 137c Sr) en aanzetten tot discriminatie (artikel 137d Sr) is strafbaar in Nederland. Het OM geeft toe dat de predikant zich hieraan schuldig maakt, dus…
Driestappenkader verouderd en toe aan vernieuwing
Om vast te stellen of er sprake is van groepsbelediging of aanzetten tot discriminatie wordt in de Nederlandse rechtspraak al ruim 20 jaar lang het ‘driestappenkader’ gebruikt. Een methode die leidt tot willekeur en na 20 jaar wel toe is aan vernieuwing.
In de eerste stap wordt bepaald of de uitspraken beledigend of discriminerend zijn voor een groep mensen. Deze stap is vrij helder en makkelijk aantoonbaar. Het Openbaar Ministerie geeft ook in mijn zaak toe dat er sprake is van groepsbelediging dan wel aanzetten tot discriminatie. Zij erkennen dus dat er een strafbaar feit is gepleegd.
"Ben je van een bepaalde geloofsovertuiging, dan mag je dus volgens het OM discrimineren, haat zaaien en groepen beledigen, mits je het natuurlijk doet vanuit je geloofsovertuiging."
Maar dan de tweede stap. Dit is waar het vaak fout gaat en waarom discriminatiezaken zelden worden opgepakt. In stap twee wordt gekeken of er sprake is van een context die het beledigende of discriminerende karakter van de uitspraken wegneemt. Deze stap is volledig onderhevig aan willekeur, want hoe bepaal je welke context acceptabel is? Het OM zegt in mijn zaak hierover dat de geloofsovertuiging van de predikant zo’n context is waarbinnen dit soort discriminerende uitspraken moeten kunnen. Ben je van een bepaalde geloofsovertuiging, dan mag je dus volgens het OM wél discrimineren, haat zaaien en groepen beledigen, mits je het natuurlijk doet vanuit die geloofsovertuiging.
Was stap twee al onderhevig aan willekeur, in stap drie wordt het niet veel beter. In stap drie wordt gekeken of de uitspraak disproportioneel grievend is. Dit is het punt waarop Geert Wilders is veroordeeld. Zijn uitspraak ‘minder Marokkanen’ zou disproportioneel zijn. Wie bepaalt of iets disproportioneel is? Waar ligt de grens?
Op de tafel van de heer Spong leg ik een A4’tje neer met daarop een tekst met als titel: Geldboete voor imam voor groepsbelediging. Afgelopen maart veroordeelde een rechter een imam tot een geldboete van 675 euro, omdat hij een andere geloofsstroming had uitgemaakt voor ‘varkens’.
"Raar dat als je op grond van je geloof beledigd wordt dit kennelijk zwaarder weegt dan als ik als homoseksueel gediscrimineerd word."
Deze zaak is op twee manieren heel bijzonder. Enerzijds natuurlijk omdat een imam wel wordt veroordeeld en een dominee niet. Hier zijn tal van voorbeelden van. Anderzijds omdat de slachtoffers in deze zaak zich ook beriepen op hun religie, omdat het woord ‘varken’ een negatieve betekenis heeft in hun geloof en daardoor extra kwetsend zou zijn. De rechter beoordeelde dit daarom als onnodig grievend.
Raar dat als je op grond van je geloof beledigd wordt dit kennelijk zwaarder weegt dan als ik als homoseksueel gediscrimineerd word. Artikel 6 wordt niet alleen gebruikt om religieuze mensen een bredere vrijheid van meningsuiting te geven, omdat aanzetten tot haat in de context past van hun geloofsovertuiging (stap 2), maar ook om hen extra bescherming te geven tegen groepsbelediging, omdat het onnodig grievend is als je iemand beledigt op grond van zijn geloof (stap 3). Het mes snijdt dus aan twee kanten, maar altijd in ons nadeel.
Deel een tikkie uit
Dit is jouw kans om een tik uit te delen aan het OM! Voor mijn zaak heb ik 5.000 euro nodig voor de juridische ondersteuning. Door een tikkie te sturen steun je deze zaak niet alleen financieel, maar maak je ook een statement. Je laat hiermee zien dat óók jij staat voor gelijke monikken gelijke kappen. Een dominee mag niet boven de wet staan. Religie mag nooit als excuus gebruikt mag worden om haat te zaaien richting de LHBTI+-gemeenschap, vrouwen, mensen met een andere huidskleur of wie dan ook.
Het is niet langer een zaak van Leon Houtzager versus dominee Kort. Het is een zaak die ons allemaal aangaat. Een uitspraak in ons voordeel kan serieuze gevolgen hebben voor de toekomstige rechtspraak in Nederland, in positieve zin. Wat Gerard Spong en ik willen is een einde maken aan deze willekeur. Met jouw steun zullen wij serieuze vraagtekens zetten bij de toepassing van het driestappenkader in mijn zaak, maar wij zullen ook vraagtekens zetten bij het driestappenkader als methode op zichzelf. Wij zullen de rechters vragen jurisprudentie te schrijven en de toetsingsmethode aan te passen.
"Het is niet langer een zaak van Leon Houtzager versus dominee Kort. Het is een zaak die ons allemaal aangaat."
En als de juridische weg mislukt? Dan is er altijd nog een politieke weg. VVD, D66, PvdA, GroenLinks en SP willen met mij, Tim Hofman en Gerard Spong praten. Als de rechter afgelopen maart wel een imam veroordeeld en een dominee nu niet, dan is er iets serieus mis met onze wetgeving en alleen zij kunnen dat veranderen. Zij kijken dan ook met veel interesse naar deze zaak.
Zonder jullie tikkies ga ik voor 5.000 euro de boot in. Zo simpel is het ook en dat risico zal ik dragen. Maar alles wat we meer ophalen gaat naar COC Nederland ter bevordering van LHBTI+-acceptatie in de biblebelt. Ook is nog niet uitgesloten dat er een vervolg komt op deze zaak, waarbij ik steun van een advocaat nodig zal hebben. Meer weten hoe je een tikkie geeft en wat er op het spel staat? Lees het hier.
Voor jullie
Gerard Spong gaf mij nog één tip mee: "Leg in uw betoog uit hoe u slachtoffer bent in deze zaak." Ik moet eerlijk toegeven dat daar mijn achilleshiel zit. Het ging nooit om mij, maar ik weet wel dondersgoed welke impact deze woorden hebben op LHBTI's die daar opgroeien, want die heb ik gesproken. Die worden letterlijk uitgebannen door hun familie als ze uit de kast komen. Daad bij het woord van de dominee zullen we maar zeggen. Helaas mag ik geen getuigen meenemen, anders waren zij zeker meegegaan. Ik ga er op broeden en laat jullie volgende week weten hoe het is afgelopen.
Ik vroeg tot slot aan de heer Spong of ik een foto mocht maken. "Maar natuurlijk, meneer Houtzager," zei hij. "Zullen we het voor het kantoor doen?" Zo gezegd, zo gedaan. En zo ging ik terug naar huis met het flesje water nog ongeopend in mijn hand.
We kunnen 2020 wel het jaar van de grote doorbraak van Splinter Chabot noemen. In maart debuteerde hij met het ontwapenende, autobiografische boek 'Confettiregen'. Het boek riep zoveel emoties op waardoor Splinter overladen werd met reacties van lezers. Van beschrijvingen over het feest der herkenning tot ongelofelijk verdrietige en pijnlijke ontboezemingen van onder andere iemand die door z’n ouders in elkaar is geslagen en het huis uit moest vluchten.